Een Kinder BDE
|
Beschrijving Ervaring:
In augustus 1985, toen ik 5 jaar oud was, deed ik een boottochtje op een dichtbij gelegen meer. Ik werd gebeten door een mug en ontwikkelde encephalitis. “Ik stierf” en dreef in een veilige en zwarte leegte in dewelke ik me niet bang voelde en geen pijn had. Dit was de plek waar ik me thuis voelde. Op een afstand zag ik een heel klein wit licht. Het trok me aan. Ik voelde mezelf ernaartoe schieten aan een hoge snelheid. Ik was niet bang. Toen ik het licht bereikte, vertegenwoordigde het vrede en vreugde, maar het meeste van al een onvoorwaardelijke liefde. Het licht was een sprankelende, stralende wolk. Van binnuit mijn hoofd hoorde ik een stem en ik wist dat het God was. Omdat mijn ouders nooit over God gesproken hadden of me meegenomen hadden naar de kerk, wist ik niet echt hoe ik zo zeker kon zijn, maar toch was ik het. Meer nog, ik voelde alsof dit m’n echte thuis was in dit licht dat God was. Ik voelde me omgeven door het licht en maakte er deel van uit. Het gevoel leek op vastgepakt en vastgehouden worden door mijn vader toen ik gebeten werd door een hond een paar maanden eerder, alleen nog intenser.
Een ander prachtig licht, alleen kleiner, vervoegde ons. Het was een meisje van ongeveer 10 jaar oud. Ze leek een beetje op mij. Ik kon vertellen dat ze me herkende. We knuffelden en toen zei ze me; “Ik ben je zus, ik ben naar je groodmoeder genaamd, Willamette, die een maand voor m’n geboorte gestorven is.Onze ouders noemden me kortweg Willie. Ze wachtten om je over me te vertellen tot je er klaar voor zou zijn.” Het was vreemd, nu ik erop terugblik, maar het leek normaal op dat moment. Ze kusttte me op m’n hoofd en ik voelde haar warmte en liefde. “Je moet nu teruggaan, Sandy” zei ze. “Je moet moeder redden van het vuur. Dit is erg belangrijk, je moet terugkeren, en wel nu.” Ze zei het met zachtheid en medeleven terwijl ze zachtjes naar me lachte. “Nee, ik wil niet”, zei ik “laat me hier bij je blijven.” “Moeder heeft je nodig om haar van het vuur te redden,” herhaalde ze, nog steeds op een zachtaardige en rustige manier. Als een egoistisch kreng begon ik te wenen en maakte een scène van de ergste soort. Ik smeet mezelf op de grond en maakte het voor iedereen, en dat ben ik vrij zeker, een oncomfortabele situatie.
Ik werd een soort film getoond in dewelke ik m’n ouders, op aarde, naast mijn ziekbed zag zitten met grote bezorgdheid en angst in hun ogen. Ze raakten me aan en spraken tegen me en smeekten me niet te sterven. “Ga alsjeblieft niet dood,” ze waren aan het huilen. Ik voelde me erg droevig; maar nog steeds was ik niet klaar om al deze pracht en ongelofelijke gevoelens om alles wat goed was aan deze plaats, op te geven. God grinnikte en bekeek me vol liefde. Ik kon zijn gezicht niet zien, maar ik wist wat hij aan het denken was. Hij grinnikte met m’n kinderachtige gedrag.
Hij wees met z’n vinger naar een lichtje dat vorm kreeg in de verte. Tot mijn grote verbazing, mijn goede vriend en buurman, verscheen in het licht Glen en riep met een luide stem, “Sandy, ga naar huis, ga nu naar huis”. Hij zei het met zo’n overtuigingskracht dat ik onmiddellijk stopte met huilen en ik was in een flits terug in mijn lichaam.
Ik opende mijn ogen en zag de blije en gerustgestelde gezichten van m’n ouders. Ik vertelde hen over mijn ervaring, die ze eerst afdeden als een droom. Ze vertelden me dat de dag nadat ik opgenomen werd in het ziekenhuis, onze buurman Glen was gestorven aan een hartaanval. Hij was een vriendelijke oude man die mij en m’n broers altijd uitnodigde samen met de andere kinderen in de buurt om in z’n tuin met zijn vijf honden te spelen. Hij hield van kinderen en gaf ons te eten, te drinken en cadeautjes. Zijn vrouw werd ons dan beu en liet ons allemaal naar huis gaan, waarop hij haar zou verwijten en zou zeggen, “Rose, zeg Sandy nooit wanneer ze moet naar huis gaan, ze mag zolang blijven ze wil”. Ik was zijn favoriet van alle kinderen die bij hem thuis werden uitgenodigd. Het was zo’n schok voor me om hem zo te horen roepen tegen me, dat ik direct stopte met vechten en me een beetje beschaamd voelde over mijn gedrag. Ik herinner me dat ik op dat moment ook een beetje gekwetst voelde. Ik ben z’n dood pas te weten gekomen nadat ik m’n verhaal aan mijn ouders had verteld.
Ik tekende m’n engelenzus die me had begroet en beschreef alles wat ze me verteld had. Mijn ouders waren zo geshockeerd dat ze een paniekerige blik op hun gezicht hadden. Stomverbaasd stonden ze recht en verlieten de kamer. Na een bepaalde tijd keerden ze eindelijk terug. Ze bevestigden me dat ze een dochter verloren hadden, die Willie heette. Ze stierf door een toevallige vergiftiging ongeveer een jaar voordat ik geboren werd. Ze hadden beslist mij en mijn broer er niet over te vertellen tot we in staat waren te begrijpen wat leven en dood inhielden. Voor zover de nood om mijn moeder te redden van een brand, weet niemand wat dit inhoudt...
Mijn moeder helpt me dit te schrijven en ik vroeg haar wat haar leven zou zijn geweest moest ik gestorven zijn en ik in de hemel m’n zin gekregen hebben. Ze antwoordde, “Ik heb maanden gehuild nadat Willie ons verlaten had, moesten we jou ook kwijt geraakt zijn, zou mijn leven een hel geweest zijn, met vuur en al.”
Tijd zal misschien raad brengen, maar op het ogenblik lijkt het een antwoord waar ik kan mee leven. Ik geloof dat we op een dag Willie zullen terugzien en dan kan ik haar persoonlijk vragen wat ze bedoelde.
Het heeft de levens van de ganse familie verandert. We gaan naar de kerk en ik heb het gevoel dat ik vele dingen anders doe dan voorheen.