Christianne BDE
|
Beschrijving Ervaring:
In een slaperig stadje in Canada werd ik 's ochtends om 4 uur wakker uit een vaste slaap omdat ik een visioen had over mijn grootvader, die ik papa noemde. Dwars door tijd en ruimte riep papa mijn naam. Papa lag veilig in het ziekenhuis. Ik werd, zoals gewoonlijk, wakker, stond op, kleedde me aan en ging naar beneden om te ontbijten. Tijdens het ontbijt kwam mijn moeder de eetkamer binnen en zei met een beetje hysterie in haar stem: ga je verkleden, we moeten naar het ziekenhuis, papa is uit zijn bed gevallen en heeft zijn heup gebroken. Mijn moeder en ik zwegen in de auto, ze reed harder dan ze ooit had gedaan. Papa moest een heup-operatie ondergaan. na vele uren in de operatiekamer werd papa teruggebracht naar zijn bed. Ik bleef bij hem en ik was bij hem toen hij stierf. Hij keek me recht aan en riep een naam die ik hem nooit had horen noemen. Hij riep "Tilly" en dat was de naam van mijn overleden grootmoeder die ik nooit had gekend. Over 16 dagen zou papa 89 geworden zijn en ik zou 23 dagen later 14 worden.
Ik was gebiologeerd door het feit dat papa dingen zag die ik niet kon zien, maar ik zag dat papa me riep. Kon de dood dan zo'n buitengewone gebeurtenis zijn die we hebben bejegend met onwetendheid en angst?
Twee jaar later overleed mijn moeder, begrafenissen vond ik zo droevig en sentimenteel. Ik zou mijn moeder en mijn papa erg gaan missen maar niemand kon mij een antwoord geven en de wereld der volwassenen ontweek mijn vragen. Ik stelde vragen die niemand wilde beantwoorden. En ik raakte nog meer geïrriteerd toen ik ontdekte dat we veilig binnen de lijnen van de gebeurtenis bleven door te zeggen "laat de dood maar over aan de geestelijken". Terwijl zij, zoals bleek, geen idee hadden wat ze tegen me moesten zeggen en mijn vragen simpelweg negeerden. Niemand durfde tegen me te zeggen dat de wereld van het spiritistische grensde aan sanatisme. Eigenlijk hielp ik hen meer met inzichten en voorkennis dan dat ze mij hielpen.
Toen ik 4 1/2 jaar was waren mijn moeder en ik op bezoek bij vrienden en ik ging buiten spelen in hun prachtige achtertuin. Ik viel in hun visvijver. Plotseling werd ik uit de vijver getild en toen ik opkeek zag ik een verblindende lichtstraal. En er was een man, in een pak, die blauwe ogen en sneeuwwit haar had. Ik was kletsnat, ik had een gesprek met deze man die ik Norman noemde. Ik noemde een hoger wezen altijd Norman. Norman bleek een engel te zijn. Norman vertelde me ook dat ik een speciale taak had. Ik moest weer het huis binnengaan en me aan de eigenaren ervan laten zien. Toen ik naast Fred Webster(eigenaar van de plaatselijke krant) stond was het natuurlijk overduidelijk dat ik in de vijver was gevallen. "Ik ben in de vijver gevallen Fred", zei ik terwijl ik kletsnat naast hem bij de eettafel stond. "Hoe ben je uit de vijver gekomen? Hij is ruim 1.50m diep". "Er kwam een engel en die heeft me gered Fred".
Na deze opmerking stond Fred op van de tafel, ging naar zijn kantoor, pakte de telefoon en zei tegen zijn vriend: "het kan me niet schelen dat het zondag is, er moet nu onmiddellijk iemand komen om mijn vijver dicht te gooien. Meer dan 1 wonder met die vijver kan ik niet aan". En de vijver werd inderdaad dicht gegooid, ik werd afgedroogd en er werd niet meer over gesproken.
Het volgende voorval gebeurde in het Ontario Meer. Ik was met neefjes en nichtjes aan het zwemmen tijdens een dagje uit voor iemand's 7e verjaardag. Plotseling werd ik naar beneden getrokken en mijn hele leven, kort en grillig als het was geweest met gescheiden ouders, trok aan me voorbij. Het volgende moment besefte ik dat ik niet meer op aarde was, maar ik vloog rond in het pretpark wat op zich wel lollig was, en daarna over de aarde naar de VS. Op het moment dat ik terugkwam in mijn lichaam werd ik gereanimeerd en ik kwam weer bij alsof er niets was gebeurd. Ik vertelde een nichtje over mijn ervaring en zij vertelde het aan mijn tante en daarna heb ik er nooit meer over gesproken.
Er zitten jaren tussen het verdrinkings voorval en mijn volgende BDE. Ik was nu bijna 30 en moest een wortelkanaal behandeling ondergaan. Vandaag de dag is dat een veel voorkomende behandeling maar in 1973 was het nog behoorlijk nieuw. Toen ik terugkwam van de tandarts kletste ik even met de buren maar omdat ik duizelig was ging ik mijn huis binnen waar ik meteen in elkaar zakte. Ik was stervende. Mijn buurvrouw kwam en heeft, zoals later bleek, een ambulance gebeld. Ik was buiten mijn lichaam en ik was niet van plan om dat lichaam te volgen, want ik voelde een ongelooflijke vrijheid van geest. Ik vloog in een record tijd van L.Lansing Michigan naar New York en daarna naar Chicago. Het was alsof als ik aan een plek op aarde dacht ik daar meteen kon zijn, zonder gebruik te maken van treinen, boten of vliegtuigen. Ik weet niet hoelang ik zo buiten mijn lichaam ben geweest, plotseling was het alsof iets me waarschuwde tijdens mijn vreemde vlucht dat ik naar mijn lichaam werd teruggeroepen.
Ik zag dat lichaam toen ik de ziekenhuiskamer binnen vloog, het leek op een lijk. "Ze heeft een hartslag, we zullen afwachten of ze stabiel blijft en daarna zien we wel hoe ze er aan toe is en dan mag ze naar huis", hoorde ik een mannelijke arts, die ik nog nooit had gezien, zeggen. Nu was ik terug in mijn lichaam in een ziekenhuis, lag op een brancard en vroeg me af wat er was gebeurd.
Voorafgaand aan deze ervaring had ik een vreselijke angst voor de dood, ik was bang om te jong te sterven, ik was gewoon bang om dood te gaan. Dat kwam omdat ik zo verward en zo van streek was door de manier waarop met de dood werd omgegaan tijdens het leven en ik nog nooit van BDE had gehoord. Het lijkt ook geen juiste term voor voor de feitelijke gebeurtenis die ik het fenomeen van het sterven noem. Op 6 juli 1976 was ik weg uit E.Lansing Michigan en woonde ik in San Francisco Californië. Ik stierf op straat. Ik hing boven mijn lichaam. Er was geen tunnel met licht, geen hereniging met familieleden, alleen hele hoge koorts en geen hartslag. Ik bevond me op de hoek van de Valenciastraat en de Marktstraat. Ik viel gewoon achterover, hing boven mezelf en kwam weer tot leven. Ik werd naar het San Francisco General Ziekenhuis gebracht, ging tijdens de rit weer dood en werd daarna het lijk genoemd... Voor een lijk was ik heel beweeglijk, ik trok het laken van me af en klom van de brancard in die bijzonder koude kamer. Ik had nog steeds mijn Givenchy schoenen aan waar ik een heleboel contant geld in had verstopt omdat ik voordat dit gebeurde erop uit ging om antibiotica te kopen. Ik wandelde rond in de hal tot er een verpleegkundige naar me toe kwam die vond dat ik temperatuurd moest worden. Ze kon niet geloven dat ik rond liep met zo'n hoge koorts en ze pakte een electronische thermometer. Ik besloot weg te gaan, met een taxi, naar het Presbyterian Ziekenhuis.
Goed en wel daar aan gekomen, want ik wilde mijn eigen arts, zakte ik weer in elkaar. Ik kan me herinneren dat ik in de kamer was, dat ik een injectie in mijn hart kreeg en het volgende dat ik weet is dat ik terug was in het San Francisco General en ik hoorde dat er zonder mijn toestemming vocht uit mijn ruggegraat gehaald zou worden. Ik kwam in een soort ijltoestand. Ik was alleen in de nieuwe vleugel, maar ik hoorde muziek, stoomorgel muziek. Ik zag Burgess Meredith op dat enorme stoomorgel spelen. Ik viel weer in slaap, maar werd telkens weer wakker en zag Burgess Meredith op hetzelfde stoomorgel spelen. Maar ik zag niet het stel dat tijdens diensttijd had liggen vrijen op het bed aan het eind van de zaal.
Wat een hoofdpijn, ik werd gillend wakker en werd weer snel in de kussens terug gedrukt door een sterke, bazige verpleegkundige, zo'n erge hoofdpijn had ik nog nooit gehad. Als kind had ik last van migraine en werd dan paranormaal, ik at dan een grapefruit en de hoofdpijn ging weg. Toen ik 8 was, was ik met mijn fiets tegen de zijkant van een vrachtwagen aangeknald en ik mankeerde niets. Dat was lang niet zo'n dramatische gebeurtenis als toen ik mijn gele Vega auto total loss reed in E.Lansing Michigan.
De koorts zakte, ik had geen ontsteking in mijn ruggegraat, ik mocht naar huis maar de volgende maand had ik weer koorts. De koorts zakte. Vanaf dat moment had ik, behalve in februari en augustus het hele jaar koorts. Als de koorts erg hoog was belde ik een taxi, kreeg een kamer in UCSC om geobserveerd te worden en ik bracht elke arts in verwarring. Ik kreeg uitslag die begon op mijn gezicht, het wit van mijn ogen werd rood en ik droogde uit. Ergens tussen mijn beproeving van 6 juli 1976 en 1978 kreeg ik vanwege astma medicijnen met alcohol erin. Ik was een alcoholist, ging naar een sauna en ik voelde dat er iets vreselijks gebeurde, mijn bloeddruk was idioot hoog. Ik werd naar het Prebyterian Ziekenhuis gebracht, ik begon stemmen te horen en voelde me heel raar en het volgende moment was ik boven mijn lichaam en zag dat artsen me weer een injectie in mijn hart gaven. Ik werd "gezuiverd" van de astma medicijnen met de standaard medicatie tegen een beroerte. Ik mocht naar huis maar er gebeurde iets. Het kan zijn dat ik weer een koortsaanval had, maar dit keer zou het totaal anders zijn dan de vorige aanvallen en ook anders dan de vorige BDE's.
Ik was door een tunnel gevlogen, had licht gezien, was op een prachtig veld gekomen en had vrede van geest, lichaam en ziel gevoeld zoals nooit tevoren. Ik was in UCSC in een kamer met uitzicht, ik verkeerde in een soort coma, ik was gestorven.
Ik keek op en zag een arts langzaam bloed bij me afnemen en dat bloed ging in een heel groot reservoir. Het bloed was roestkleurig. Hij bleef bloed afnemen; ik verliet snel mijn lichaam, niet omdat ik flauwval als ik bloed zie. Ik voelde me rustig terwijl ik naar de arts keek.
Toen ik weer terugkwam in mijn lichaam en uit
de "gevaren zone" was, was ik weer op aards niveau, in de kamer waar de onregelmatige slagen van mijn hart de ziekenhuis medewerkers aan het neuriën maakten. Ik zou nooit meer dezelfde zijn.
Ik had er geen flauw benul van dat ik anders genoemd
zou gaan worden. Ik was waakzaam, kon niet praten, ik dacht dat mijn gekreun voor iedereen te begrijpen was. Maar niemand begreep me. Ik wilde schrijven, hield de pen in mijn rechterhand en staarde er wezenloos naar. Ik keek terwijl hij op de grond viel wat een "ping" geluid maakte. Ik probeerde mijn nek te bewegen, ik scheen verlamd en ik had geen idee waar in "L" ik was of wie ik was. Ik was er helemaal klaar voor geweest om op te staan en blij in de rondte te dansen, maar in plaats daarvan wist ik nu wat de ster van de "Life of Riley" tv show bedoelde als hij zei: "wat is dit een walgelijke ontwikkeling". Had hij even gelijk!
Terugkomen in het leven was niet makkelijk; opnieuw leren lopen, praten, lezen en schrijven was een behoorlijke klus. Het was ook een beproeving. De schrijflessen voor rechtshandigen waren afschuwelijk. Het ging me niet snel genoeg. Ik was een snelle leerling en dit ging gewoon te langzaam. De vooruitgang was langzaam, methodisch en soms ellendig. Mijn brein zat in de hoogste versnelling en niets kon het bijhouden, er mee samenwerken of überhaupt zo presteren. Ik was een "uitgehongerde" leerling. Langzaam werden de dingen weer een beetje "normaal". Maar ik wist niet dat zoiets als normaal bestond. Ik had een groot gevoel voor humor, dat was mijn sterkste wapen, misschien wel het enige wapen dat ik had sinds ik terugkwam. Mijn humor schijnt iedereen te irriteren. Ik heb tijdens mijn reis geleerd dat je moet lachen; alleen de meest intelligente exemplaren van het menselijk ras zijn begiftigd met een gevoel voor humor. Zij zijn ook het meest ontwikkeld.
Ik was alles kwijtgeraakt, maar juist anderen waren vreselijk overstuur en boos. Die anderen hadden ook altijd overal meteen een mening over, ze waren star, hebzuchtig en net zo onchristelijk als een stel wilde neushoorns in de aanval. Wat een geweldig welkom terug op de planeet Aarde. Ik werd naar een psychiater gestuurd, een vrouwelijke arts in San Francisco.
Het telefoontje was mijn noodoproep. Ik raadde haar aan om de telefoon te beantwoorden en ik riep dat het om een noodgeval ging. Ik voegde er aan toe: denk maar eens goed na of je mij wel als patiënt wil, ik weet dat je het eigenlijk niet wil en ik ben er niet zeker van of ik wel met jou wil werken. Het was geen trucje. Het werkte. Ze realiseerde zich dat er "iets" was dat ik had gehad sinds mijn kindertijd. Ik heb altijd gedacht dat iedereen deze gaven had, dat iedereen visioenen had, dat iedereen een buitengewoon goed gehoor had, dat iedereen dingen wist en begreep. In plaats daarvan kwam ik er achter dat ik het buitenbeentje was. Ik ben nog steeds sceptisch over de zgn. wetenschappelijke types die iets niet geloven tot ze kunnen bewijzen dat iets bestaat op stoffelijk niveau. Humor is de grootste gave, het vermogen om te lachen is het vermogen om te vergeven en in een betere wereld te leven.
Ik kan wachtkamers niet uitstaan. Er valt niets te lachen en ze zijn verstoken van geluid: niemand praat met elkaar. Wie heeft dat bedacht? Concentreer je op de patiënten zelf. Loretta had er voor gezorgd dat ik de enige persoon in de wachtkamer was. Ik zei tegen haar: ik weet dat je andere patiënten hebt, Loretta, ben je bang dat ik hen genees? Die dag maakte ik haar zowaar aan het lachen. Hoe? Ik zei: Je gaat binnenkort weg. Ze beweerde dat ze nooit uit San Francisco zou weggaan. Doei Loretta.
Ik kon geen werk vinden, ik loste mijn problemen niet op, ik was alleen in deze steenkoude stad, met haar onder-nul weer. Ik zat vast in bussen terwijl ik met mijn gelaarsde voet deuren moest open trappen. Ik kende meer kabeltram chauffeurs dan buschauffeurs. Ik overleefde het. Hoe? Ik had weinig geld, geen werk en toen ontmoette ik een vrouw die op het punt stond om met pensioen te gaan uit de makelaardij. Ik werd haar armen, benen en chauffeur en zij bezorgde mij een dak boven mijn hoofd. Tot op de dag van vandaag praat mijn vader over mijn vele adressen en hij snapt het nog steeds niet. Ik wist niets van sociale verzekering, belastingen, ww en andere uitkeringen.
Op een dag was ik ingehuurd om producten te demonstreren, ik moets een onderdeel doen. "Wat is een onderdeel"? vroeg ik. De man aan wie ik het vroeg zei: Edelstenen, ben je soms net op deze planeet geland, meisje"? Natuurlijk antwoordde ik dat ik net geland was.
Ik had ook bijna de kans om een cursus scenario schrijven te volgen in Los Angeles en om te werken aan de Mork&Mindy show. Ik lag in het ziekenhuis, ik heb inderdaad met Robin Williams gesproken. Ik heb $100 betaald voor de cursus, ben nooit gegaan, maar de show was toch wel succesvol zonder mij. Ik was de $100 kwijt.
Beangstigend als een BDE is lijkt het me toch DE ervaring die een impuls geeft tot geestelijke verandering. Pas na mijn 5e BDE, de ongelooflijke ervaring met de vlinder, werd de gehele verwikkeling van BDE's me duidelijk.
Bij mijn aankomst in de kristallen stad, die ik Paralandra de stad van het hemelse licht noemde, kwam ik in aanraking met "gedachtenspraak". Gedachtenspraak is een vorm van communiceren zonder woorden; het is een soort vluchtig doorgeven van informatie van het ene wezen naar het andere via energie alsof het gefilterd wordt. Je begrijpt onmiddellijk de ideeën en gedachten van elk ander wezen en voelt ze ook aan.
Toen ik terugkwam op aarde realiseerde ik me dat de science-fiction schrijver C.S.Lewis in een van zijn boeken over Paralandra had gesproken, dus veranderde ik de naam in Pseudolandra. Pseudolandra was een land van betovering, maar geen pretpark, het was prachtig gekleurd en straalde in levendige pastel tinten. Nadat ik de 1e keer was voorgesteld aan ZAR werd ik, begeleid, naar de hal waar kamers waren waar alleen uit de kamers licht kwam. De 1e kamer was de kamer van vergiffenis. In deze kamer moest je alle nare dingen die je jezelf of anderen had aangedaan los laten. Voordat je weg kon werd er van je verwacht dat je van jezelf hield, dat je gereinigd was, genezen en dat je alles aangaande aardse "zonden" achter je had gelaten. Eenmaal in deze kamer moest je er blijven tot alle nodige veranderingen aan de ziel waren volbracht. Aangezien je de tijd niet kan meten naar aardse normen gebeuren de dingen alsof je wordt gestoomd of dat je een lucht bad krijgt.
Je loopt niet echt deze kamer in, je gaat alsof je gewichtloos bent in de ruimte en toch voel je je heel solide in de ruimte. Je begeeft je gewoon van kamer naar kamer als het de tijd is om verder te gaan.
Het begrip dat het linkerdeel van ons brein overheerst kwam voort uuit deze ervaring. Het begrip rechter hersenhelft wordt overheersend als je terug komt op aarde. Ik verzeker je dat het begrip rechter hersenhelft het belangrijkste aspect is van een BDE. Hier in het koninkrijk werd me getoond hoe scholen, bank directies en de meeste "stelsels" gebaseerd zijn op het begrip linker hersenhelft. Dit principe is ook stevig verankerd in de "stoffelijke wetenschappen". Dit belang dat gehecht wordt aan de linker hersenhelft heeft vaste voet in de "stoffelijke wereld". Degene in de stoffelijke wereld zijn de Scrooges die star zijn en liefdeloos en onaardig en het lijkt of ze zich gedragen als robots.
Er is een kamer waarin je toekomstige gebeurtenissen kunt zien. Nadat je in deze kamer bent geweest ga je je, als je weer terug bent op aarde, verbonden voelen met anderen die een BDE hadden of met hen die van nature iets met trillingen hebben. Gelijkgestemde mensen die op dezelfde golflengte zitten.
Je hebt niet het gevoel dat het slechts 1 kamer, 1 begrip is, er zijn anderen aanwezig in deze kamers. Maar dat merk je niet door geuren, kleding of andere op de persoon gerichte kenmerken. Iemand's energie niveau is zo subtiel als gefluister, zo zacht als een zucht, en stil als een bloem.
Bij mij gebeurde alles altijd in drieeën, bijv. 3 enen overkwam me probleemloos, d.w.z. totdat ik een huisnummer van 3 vijven had. Dit was mijn 5e BDE en hieraan voorafgaande was ik uit computersystemen verdwenen, was alles kwijtgeraakt en ik bedoel echt alles: mijn huis, mijn auto, mijn kind en bijna ook mezelf. Ik heb mijn kind al 25 jaar niet gezien.
Persoonlijk geloof ik dat er meer voor nodig was dan de kamer van vergiffenis om me op een hoog bewustzijns niveau te krijgen. Kamer na kamer was een gebied voor het reinigen van de ziel. Het was als een universiteit van kennis, het was een baan of werk als je daar was, het was niet alleen een plicht maar meer een vurige wens om een beter mens te worden. Toen mijn ziel uit mijn lichaam getild werd voelde ik dat een paar ongelooflijke vleugels om me heen werden geslagen. Het was alsof ik met een ongelooflijke snelheid in mijn eigen prive raket mee werd genomen de ruimte in. Ik had geen tijd om naar de aarde te kijken en afscheid te nemen. Ik hoorde de zachte toon van wat een vrouwelijke stem leek die me verzekerde dat alles goed zou gaan met me. Plotseling gingen de vleugels open en werd ik op een pad neergezet. De vlinder verdween en voor me lag de kristallen stad met haar zachte pastelkleuren die echter heldere glinsterende schakeringen hadden zoals roze, blauw, geel, paars, wit en groen. Het was alsof ik vooruit werd getrokken of alsof ik door een magneet in de bestemming werd aangetrokken. Er waren geen deuren maar het scheen dat ik was aangekomen. Ik keek rond en zag een mannelijk figuur, schijnbaar zonder gezicht, die de leiding had. Zijn naam was ZAR. Ik werd QUASAR genoemd. Ik kreeg geen echte papieren, maar ik moest deze onzichtbare papieren(vloeibare kristallen vellen) naar een kamer brengen. Er waren meerdere kamers; zwevend ging ik van de een naar de ander.
Het leek alsof ik een lichaam zonder lichaam had, massa zonder massa, een vorm maar geen gewicht. Ik kon zien dat ik een lichaam had maar het voelde niet als mijn aardse lichaam. Ik was me er van bewust dat ik weer naar de aarde terug zou gaan. Ik ging rond door alle kamers, die, zoals ik te horen kreeg via gedachten spraak, voor programmering en het stemmen van trillingen waren. Ik kon vaag muziek horen, die zacht, bijna onhoorbaar, was. Hoewel het nauwelijks waarneembaar was, had het een weerklank die mij leek te stemmen alsof ik een instrument was. Ik zag archieven, kantoren en deuren die geen deuren waren. Ik kreeg een rondleiding in een onzichtbare limousine. Ik ging er in zitten en een ander persoon zonder gezicht ook en we toerden rond door de stad. Ik noemde het Paralandra. Later noemde ik het Pseudolandra.
Tijd bestond niet maar er was een gevoel alsof je tijd kon opzuigen alsof het een sterrenstraal met zijn eigen frequentie was. Ik voelde me op mijn gemak, niet bang. Ik wilde heel graag mijn papa zien, maar hij was er niet. Ik hoorde een stem die vanuit de ruimte tot mijn geest sprak:"ze is klaar om terug te gaan of te vertrekken". Althans zo vertaalde ik het.